Page 53 - Spiegelschrift 16
P. 53
KLUSTIPS VOOR VILLABEZITTERS VERVOLG53Het pleisterwerk in deze blinde ramen heeft vaak een decoratief patroon, maar visueel ontbreekt toch de symmetrie van het originele ontwerp. Wat zou daarvan de reden kunnen zijn? Was de vensteruit- sparing in de muur voorlopig dichtgemetseld in afwachting van  nancieel betere tijden voor de eerste bewoners? Of was er een andere oorzaak?Omdat de adel en burgerij meestal geen inzage in hun in- komsten wilden geven, werd in 1696 een belasting op deu- ren en vensters ingevoerd. Het aantal ramen in huizen gaf een betrouwbare indicatie van welstand van de bewoners en het voordeel van de grondslag voor deze hef ng was dat het voor inspecteurs gemakkelijk was te controleren.In de tijd dat ons land door Napoleon bij Frankrijk was in- gelijfd, werd deze belasting wettelijk vastgesteld bij keizer- lijk decreet op 21 oktober 1811. De benodigde inkomsten voor de overheid werden tevoren begroot, zo ook de belas- ting op deuren en vensters. Per provincie en gemeente volgde dan een omslag, waarmee het bedrag per deur en venster werd bepaald. Ondanks het verzet tegen deze nieu- we belasting, bleef deze na de ophef ng van het Franse bestuur en na het aantreden van koning Willem I in 1815 gewoon bestaan. De Vensterbelasting bleef vermoedelijk bestaan tot 1914. Tussen 1870 en 1914 werden de meeste villa’s in het Spiegel gebouwd.In de Herenstraat kan je op de nummers 113 en 115 een dichtgemetseld raam zien. Mevrouw Versteeg bewoner van nr. 113 vertelde mij desgevraagd dat de badkamer zich daar- achter bevindt. Daar alsnog een groot venster in laten zet-FORTLAAN 12 - BOUWJAAR 1900ten is aantrekkelijk als de gemeente er tenminste geen leges voor in rekening brengt.Op Herenstraat nr. 107 is te zien dat er een venster is ge- plaatst in de voorheen dichtgemetselde nis. Het huis aan de Herenstraat 105 (bouwjaar 1884) is een mooi voorbeeld van belastingontwijking in de negentiende eeuw, met een noord- gevel waarvan alle vensternissen dichtgemetseld zijn en de houtgeverfde deuren grotendeels bewaard zijn gebleven.TWINTIG GULDENDe Vensterbelasting gold voor alle buitendeuren en ven- sters die “uitkomen op de straten, plaatsen, tuinen, vaarten of wateren”. Dat gold dus niet voor deuren en ramen die geen directe verbinding hadden met de buitenlucht. Vensters op binnenplaatsen, achterplaatsen e.d. telden ech- ter wel mee. Bij de wet van 12 juli 1821 werden uitgezon- derd: “Woonhuizen beneden de twintig gulden jaarlijkse huurwaarde, fabrieken, schuren, stallen, kerken, scholen en openbare gebouwen, dakvensters, kelders en andere ver- trekken die niet voor bewoning geschikt zijn.”Het gemak van de hef ng van de Vensterbelasting was dui- delijk: de inspecteur hoefde niet naar binnen, hij telde het aantal buitendeuren en ramen van de woning en vermenig- vuldigde dat met het vastgestelde bedrag. Na verloop van tijd werd het heffen van de Vensterbelasting, door de uit- zonderingen en verschillende interpretaties van de wet, toch lastiger dan bij de invoering was gedacht. Bovendien gingen huizenbezitters manieren bedenken om deze belas- ting te ontwijken.


































































































   51   52   53   54   55