Page 25 - Spiegelschrift 12
P. 25

ColumnSuzanne EkkerTja, cultuur... Ik kom maar uit een dorp. Een klein dorp. Vroeger was het een boerendorp maar nu is het een toeristendorp. O, hoor ik u denken, ligt het dan aan zee of mooi in de heuvels? Nee, maar het dorp ligt krek op de grens en dat vinden mensen blijkbaar leuk.De PatatcultuurWaar vroeger gierkarren door de hoofdstraat slingerden, sjokken nu hele volksstammen, gretig graaiend in op straat uitgestalde rekken met lelijke skijassen in diverse kleuren. De vrouwen in legging en de mannen met een zwarte leren jas en één oorbel. Of ze die jassen kopen, weet ik niet, maar ze kopen wel allemaal friet. Vandaar dat iedereen die een raam naar buiten kan opendoen, z’n graantje meepikt en friet verkoopt. De patatcultuur.Vroeger was er maar één frituur. Die was alleen op zaterdag open en ’s zondags na de kerk. Gerund door Fientje Friet en Kees Kassa. Fientje bakte de friet en u raadt het al, Kees deed de kassa. De enige andere ontspanning op zondag, ter lering en vermaak, was de eeuwig lopende ‘Congo-exhibitie’ in het parochiehuis. We vergaapten ons aan de door paters meegenomen Afrikaanse cultuur uit de missie; ebbenhouten beeldjes van zwarte madammen zonder bh. De speren, schilden en dreigende maskers. Maar als je dat twintig keer gezien hebt, weet je het ook wel.Het dorp telde één homo, eigenaar van een herenmodezaak. Hij droeg een toupet en noemde een lange broek een pantalon. Was netjes getrouwd, maar iedereen wist dat ie zo was. Schuin tegenover zijn oude winkel vind je nu de homobar “Ruk en Snuk”, want ook in een dorp moet er ruimte zijn voor de homocultuur.GeitjeDan was er nog de dorpsidioot, ’t Geitje werd ie genoemd, die enkele malen per jaar ook actief was als exhibitionist. Ah, de opwinding die je voelde als kind wanneer je op een lome zomermiddag wat verveeld bij elkaar hing en daar plotseling een paar grote jongens voorbij fietsten en riepen;‘heej,’ t Gètje is gezien op Den Tommel!’Uit de frituur van Fientje Friet en Kees KassaWe wisten allemaal wat dat betekende. Dus sprongen we op onze fietskes en koersten zo hard we konden de jongens achterna naar het lokale bos. En ja, daar stond ie dan, z’n familiejuwelen open en bloot in de volle zomerzon. En wij maar gluren en gruwelen. De brutaalste jongens riepen wat stoers en het ging net zolang door tot Chareltje de veldwachter een einde maakte aan ’t feest en ’t Geitje meenam. Onze ouders vonden het wel grappig want er heerste toen nog geen angstcultuur. Van Dutroux en pedofiele pastoorkes had nog niemand gehoord.NonnekesEn zo verdwenen geleidelijk alle pareltjes uit onze dorpscultuur. De fanfare die op zondag in het dorpsprieeltje speelde, de nonnekes die de kindjes in stoet ’s middags thuis afleverden. Eén klein pareltje zijn ze echter vergeten. Het moet ergens onder in de zak hebben gezeten en ik wil het graag met u delen. Op een zondag rond 15 augustus, (Onze Lieve Vrouw Hemelvaart) gaat er ’s avonds als het al wat donker wordt, de Kaarskesprocessie door het dorp. Alle lichten zijn uit en door een microfoon klinkt het Weesgegroetje en ‘In Lourdes op de berg , verscheen in een grot, vol glans en vol luister, de moeder van God....’. Ook voor niet-katholieken is het een mooie traditie.U mag er naartoe gaan maar alstublieft, niet in legging of zwarte jas met oorbel.Suzanne Ekker is schrijver, gewichtsconsulent en bewoner van het Spiegel.25Spiegelogie


































































































   23   24   25   26   27